GEMEENTEBLADNadere regels maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2016

Aanvraag voor Sociale zekerheid | Organisatie en beleid

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waddinxveen; gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4, 2.1.5, 2.1.6 en 2.1.7 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en gelet op artikelen 8, 11, 12, 14, 16, 17, 18 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2016; besluit vast te stellen de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2016.Artikel 1. Begripsbepalingen•Woningaanpassing: een onroerende woonvoorziening. •Kostprijs: het totaal van de kosten van een voorziening. Dit bedrag is niet noodzakelijk gelijk aan het bedrag wat de gemeente aan het CAK doorgeeft voor de berekening van de bijdrage in de kosten. Artikel 2. Verplichtingen aan het persoonsgebonden budget 1.Aanvraagformulier pgba.Een maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb wordt alleen verstrekt indien de cliënt dit gemotiveerd, aan de hand van een opgesteld plan vraagt door middel van het aanvraagformulier pgb. a.In het plan moet duidelijk worden aangetoond dat de verstrekking van een pgb aantoonbaar leidt tot goede en effectieve ondersteuning. b.In het plan worden de aanbieders vermeld. c.In het plan worden de kostencomponenten vermeld die met de aanbieder afgesproken zijn. d.Alleen kostencomponenten die bijdragen aan het resultaat van de ondersteuning worden met het pgb betaald. 2.Bekwaamheid van de cliënt met een persoonsgebonden budget e.De cliënt moet handelingsbekwaam zijn en voldoende inzicht in de eigen situatie hebben; f.De cliënt met een persoonsgebonden budget is in staat een werkgevers- of opdrachtgeversfunctie te vervullen. g.Indien een bewindvoerder, belangenbehartiger, of wettelijk vertegenwoordiger de belangen van de cliënt behartigt, dient deze te voldoen aan lid a en b van dit artikel; h.Een pgb kan worden geweigerd als er sprake is van verslavingsproblematieki.Een pgb kan worden geweigerd als er eerder misbruik is gemaakt van het pgb.j.Indien er anders situaties denkbaar zijn waarin het verstrekken van een pgb niet gewenst is, kan de gemeente de aanvraag tot een pgb gemotiveerd weigeren. 3.De cliënt dient per direct een Verklaring Omtrent Gedrag van de aanbieder te kunnen overleggen over verzoek van het college. 4.Het persoonsgebonden budget eindigt: a.op de laatste dag van de indicatieperiode; b.als de budgethouder wordt opgenomen in een instelling, als deze opname lager dan 3 maanden aaneengesloten is of deze opname een permanent karakter heeft; c.als de budgethouder kiest voor een verstrekking in natura. De cliënt kan maximaal één keer per jaar wisselen tussen het pgb en verstrekking in natura. 5.Besteding van het pgb a.Het persoonsgebonden budget dient in zijn geheel, besteed te worden aan het inkopen van ondersteuning zoals opgenomen in de beschikking. Uitgaven voor bemiddeling, administratie of belangenbehartiging kunnen niet uit het Persoonsgebonden budget betaald worden. b.Een maandloon is mogelijk als het gaat om een vaste inzet van uren per maand.c.Uitruil tussen persoonsgebonden budgetten ten behoeve van verschillende resultaten is alleen mogelijk als daar vooraf afspraken over gemaakt zijn tussen de cliënt en gemeente. Uitruil tussen Wmo 2015 en Jeugdwet is niet mogelijk6.Een cliënt aan wie een pgb wordt verstrekt, kan een maatwerkvoorziening onder de volgende voorwaarden betreffende het tarief, betrekken van een persoon die behoort tot het sociaal netwerk: a.De persoon uit het sociale netwerk is in staat de vereiste ondersteuning te bieden en planmatig aan de beoogde resultaten te werken. b.De persoon uit het sociale netwerk zoekt afstemming met andere dienstverleners dan wel met de casusregisseur conform het uitgangspunt 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur. 7.Beperkingen keuzevrijheid pgb. In een aantal situaties is er geen keuzemogelijkheid voor een pgb. Het gaat dan om: a.een plek in beschermd wonen. Gedurende het overgangsrecht wordt hier een uitzondering op gemaakt. b.het aanvullend openbaar vervoer. c.een aanpassing van een voorziening die reeds in natura is verstrekt d.de situatie waarbij voorzienbaar is dat in de (medische) situatie van de persoon met beperkingen zich binnen de looptijd van het persoonsgebonden budget een ingrijpende wijziging voordoet en het een aanvraag betreft voor een roerende woonvoorziening, vervoersvoorziening of een rolstoel die langer mee gaat. e.de situatie waarbij de persoon met beperkingen intensieve deskundige begeleiding is toegekend en het voor de casemanager van belang is dat het niet moeilijker wordt de voorzieningen met pgb en zorg in natura op elkaar af te stemmen, en het een aanvraag betreft voor een roerende woonvoorziening, vervoersvoorziening of een rolstoel. Artikel 3. Kwaliteitseisen Pgb1.De kwaliteit van de voorziening is zodanig dat:a.de dienstverlening veilig, doeltreffend doelmatig en cliëntgericht wordt verstrekt;b.de dienstverlening tijdig en conform afspraak wordt verstrekt;c.de dienstverlening is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt en op andere vormen van zorg of hulp die de cliënt ontvangt;d.de dienstverlening verstrekt wordt met respect voor en inachtneming van de rechten van de cliënt;e.de aanbieder van zorg een actieve signaleringsplicht heeft ten aanzien van veranderingen in de gezondheid (fysiek en psychisch), de sociale situatie en de behoefte van de cliënt aan meer of andere zorg;f.elke medewerker de Nederlandse taal spreekt en schrijft.2.Voor professionele aanbieders geldt daarbij ook data.de ondersteuning wordt geleverd met gekwalificeerd personeel, passend bij de behoeften en persoonskenmerken van de cliënt;b.de aanbieder zorg draagt voor scholing zodanig dat de medewerkers over kwalitatief verantwoorde kennis en kunde kunnen (blijven) beschikken;c.medewerkers, indien van toepassing, geregistreerd zijn volgens de geldende beroepsregistratie;d.de aanbieder zorg draagt voor het naleven van beroeps- en meldcodes door de medewerkersArtikel 4 Kostprijs maatwerkvoorziening zin1.Bij het bepalen van de kostprijs worden de kosten van aanpassing van de voorziening en accessoires meegerekend.2.Bij verstrekking van een tweedehandse voorziening, wordt de kostprijs bepaald door op de nieuwprijs van de voorziening -inclusief eventuele kosten van aanpassing en accessoires- een lineaire afschrijving toe te passen, uitgaand van de volgende gebruiksduur: a.10 jaar, ingeval het een bruikleenauto, gesloten buitenwagen, trap- of plafondlift betreft;b.7 jaar, ingeval het overige voorzieningen betreft die in bruikleen worden verstrekt.Artikel 5. Kostprijs woningaanpassingen 1.Het budget voor woningaanpassingen bedraagt maximaal 100% van de goedgekeurde offertekosten. 2.Voor bouwkundige of woontechnische woonvoorzieningen worden de volgende kosten in aanmerking genomen:a.de aanneemsom (hierin begrepen de loon- en materiaalkosten) voor het treffen van de voorziening;b.de risicoverrekening van loon- en materiaalkosten, met inachtneming van het bepaalde in de Risicoregeling woning- en utiliteitsbouw 1991;c.het architectenhonorarium tot ten hoogste 10% van de aanneemsom met dien verstande dat dit niet hoger is dan het maximale honorarium als bepaald in DNR 2005 (De Nieuwe Regeling 2005), voor zover het college het inschakelen van een architect noodzakelijk acht;d.de kosten voor het toezicht op de uitvoering, indien dit noodzakelijk is, tot een maximum van 2% van de aanneemsom;e.leges, voor zover deze betrekking hebben op het treffen van de voorziening.f.de verschuldigde en niet verrekenbare of terugvorderbare omzetbelasting.g.Het renteverlies, in verband met het verrichten van noodzakelijke betaling aan derden voordat de bijdragen is uitbetaald, voor zover dit verband houdt met de bouw dan wel het treffen van voorzieningen.h.de prijs van bouwrijpe grond, indien noodzakelijk als niet binnen het oorspronkelijke kavel gebouwd kan worden;i.de door het college (schriftelijk) goedgekeurde kostenverhogingen, die ten tijde van de raming van de kosten redelijkerwijs niet voorzien hadden kunnen zijn;j.de kosten in verband met noodzakelijk technisch onderzoek en de adviezen met betrekking tot het verrichten van de aanpassing;k.de kosten van aansluiting op een openbare nutsvoorziening.3.Indien de voorziening ziet op de uitbreiding van een ruimte of ruimten worden de volgende vierkante meters (maximaal) aangehouden, tenzij medische noodzaak een ander maximum vergt: a.woonkamer: aanbouw 30; uitbreiding 6;b.keuken: aanbouw 10; uitbreiding 4;c.1 persoonsslaapkamer: aanbouw 10; uitbreiding 4;e.2 persoonsslaapkamer: aanbouw 18; uitbreiding 4;f.toiletruime: aanbouw 2; uitbreiding 1;g.wastafelruimte: aanbouw 2; uitbreiding 1;h.doucheruimte: aanbouw 3; uitbreiding 2;j.entree/hal/gang: aanbouw 5; uitbreiding 2;i.berging: aanbouw 6; uitbreiding 4;4.De oppervlakte verhard pad tussen de openbare weg en de hoofdingang tot een woonruimte dan wel tussen een tweede ingang en een berging en/of tuinpoort dat bij het nieuw aanleggen van paden, dan wel bij het aanpassen van bestaande paden ten hoogste voor financiële tegemoetkoming in aanmerking komt, bedraagt 20 m².Artikel 6. Hoogte persoonsgebonden budget per maatwerkvoorziening1.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden bedraagt per uur a.€ 16,58 voor hulp bij het huishouden wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 10,65 voor hulp bij het huishouden wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder. 2.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor begeleiding bedraagt per uura.€ 31,87 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 20,00 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder. 3.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor gespecialiseerde begeleiding bedraagt per uur a.€ 52,58 voor specialistische begeleiding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 20,00 voor specialistische begeleiding wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder. 4.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor dagbesteding gericht op participatie bedraagt per dagdeel van 4 uur: a.€ 23,35 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 20,00 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder. 5.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor dagbesteding gericht op activering bedraagt per dagdeel van 4 uur: a.€ 35,11 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 20,00 voor begeleiding wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder. 6.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor kortdurend verblijf bedraagt per etmaal: a.€ 157,50 voor kortdurend verblijf wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 20,-- voor kortdurend verblijf wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder.7.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor vervoer naar dagbesteding bedraagt per dag:a.€ 5,54 voor vervoer naar dagbesteding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 5,54 voor vervoer naar dagbesteding wat uitgevoerd wordt door een iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder.8.De hoogte van een persoonsgebonden budget voor vervoer rolstoel naar dagbesteding bedraagt per dag:a.€ 15,00 voor vervoer rolstoel naar dagbesteding wat uitgevoerd wordt door een professionele aanbieder;b.€ 5,54 voor vervoer bij dagbesteding rolstoel wat uitgevoerd wordt door iemand uit het sociale netwerk of een niet-professionele aanbieder.Artikel 7. Hoogte (persoonsgebonden) budget voor hulpmiddelen en woningaanpassingen en andere maatregelen1.De hoogte van het budget voor aanschaf van een: a.rolstoel is gelijk aan de kostprijs van de goedkoopst adequate rolstoel, zoals deze door de gemeente kan worden aangeschaft bij de gecontracteerde aanbieder. De kostprijs kan zo nodig verhoogd worden met de kostprijs van individuele aanpassingen. b.individuele vervoersvoorziening is gelijk aan de kostprijs van de goedkoopst adequate voorziening. Als de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor onderhoud en reparatie, gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - inclusief eventueel bedongen korting - als uitgangspunt. Als de gemeente geen onderhoudscontract heeft afgesloten, komen de onderhoudskosten voor rekening van de aanvrager. c.losse woonvoorziening is gelijk aan de door het college goedgekeurde offerte. Het budget kan eventueel verhoogd worden met instandhoudingskosten, bedoeld voor reparatie van de desbetreffende voorziening. Als de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor onderhoud en reparatie, gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - inclusief eventueel bedongen korting - als uitgangspunt. Als de gemeente geen onderhoudscontract heeft afgesloten, komen de onderhoudskosten voor rekening van de aanvrager.2.Aan het pgb voor een woonvoorziening zijn in ieder geval de voorwaarden verbonden dat:a.de door het college aangewezen personen toegang wordt verstrekt tot de woonruimte waar de woningaanpassing zal worden verricht;b.aan de onder a genoemde personen inzicht wordt geboden in de vereiste bescheiden en tekeningen welke betrekking hebben op de woningaanpassing;c.de onder a genoemde personen de gelegenheid wordt geboden tot het controleren van de woningaanpassing.3.Na voltooiing van de werkzaamheden in het kader van een woningaanpassing, doch uiterlijk binnen 1 jaar na het toekennen van een pgb, verklaart de cliënt aan het college dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. De gereedmelding is tevens een verzoek om vaststelling van de hoogte van het pgb. 4.De gereedmelding dient te worden vergezeld van een verklaring dat bij het treffen van de voorzieningen is voldaan aan de voorwaarden waaronder het pgb is verleend.Artikel 8. Regels voor bijdrage in de kosten van een maatwerkvoorziening of pgb 1.Voor alle maatwerkvoorzieningen met uitzondering van rolstoelen verstrekt vanuit de Wmo 2015 wordt een eigen bijdrage opgelegd. 2.De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 20153.De maximale hoogte voor de bijdrage in de kosten is gelijk aan de kostprijs. 4.In afwijking van hetgeen bepaald in lid 3 gelden voor de volgende voorzieningen de volgende bedragen voor het bepalen van de bijdrage in de kosten:a.€ 20,-- per uur voor begeleiding en begeleiding specialistisch in de vorm van Zorg in Natura of pgb, uitgevoerd door een professionele aanbieder;b.€ 20,-- per dagdeel voor dagbesteding en gespecialiseerde dagbesteding in de vorm van Zorg in Natura of pgb, uitgevoerd door een professionele aanbieder;c.€ 20,-- per etmaal voor kortdurend verblijf in de vorm van Zorg in Natura of pgb, uitgevoerd door een professionele aanbieder; d.€ 18,87 per uur Hulp bij het huishouden in de vorm van Zorg in natura.5.In afwijking op lid 3 wordt bij hulpmiddelen uitgegaan van de laagst gecontracteerde aanbieder voor betreffend hulpmiddel.6.Voor woningaanpassingen geldt dat de bijdrage in de kosten voor maximaal drie jaar wordt geïnd. 7.In de gevallen bedoeld in artikel 2.1.4, zevende lid van de Wmo 2015, worden de bijdragen voor een maatwerkvoorziening of pgb vastgesteld en geïnd door het CAK. Artikel 9. Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) 1.Het collectief vervoerssysteem van aanvullend al dan niet openbaar vervoer bestaat uit het zogenaamde collectieve vraagafhankelijke vervoer Groene Hart Hopper.2.Aan de aanvrager die in aanmerking komt voor het CVV wordt een Wmo-pas verstrekt op vertoon waarvan rechthebbende gebruik kan maken van het CVV. 3.Cliënt is een betaling verschuldigd voor het vervoer met de CVV Voor de tarifering van het CVV wordt een zone-indeling gehanteerd. a.€ 1,60 voor 1 zone van deur naar deur; b.€ 2,30 voor 2 zones van deur naar deur; c.€ 3,00 voor 3 zones van deur naar deur; d.€ 3,75 voor 4 zones van deur naar deur; e.€ 4,45 voor 5 zones van deur naar deur. 4.De betaling van de cliënt wordt door de vervoerder in ontvangst genomen, in naam en voor rekening van de gemeente die het vervoer aanbiedt.5.Een cliënt kan zich door één begeleider laten vergezellen voor maximaal 20 ritten per jaar. Deze betaalt hetzelfde tarief als de klant zoals genoemd in lid 3.Artikel 10. Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen1.De maximale tegemoetkoming voor:a.verhuiskosten en inrichtingskosten bedraagt € 2.900,- per keer;b.aanschaf en onderhoud van een sportrolstoel of andere sportvoorziening bedraagt € 2.700,- voor een periode van minimaal drie jaar;c.het bezoekbaar maken van een woning bedraagt € 2.900 per keer;d.een autokostenvergoeding bedraagt € 750,- per jaar;e.een taxikostenvergoeding bedraagt € 1.600,- per jaar;f.een rolstoeltaxikostenvergoeding bedraagt € 2.100,- per jaar.2.Een tegemoetkoming wordt uitsluitend verleend op aanvraag. Artikel 2.3.2 en 2.3.5 van de wet zijn van overeenkomstige toepassing.3.De besteding van de tegemoetkoming moet in de vorm van een factuur bij het college worden verantwoord: a.binnen vier weken na realisatie bij een eenmalige tegemoetkoming, ofb.binnen vier weken na het kwartaal waarop de tegemoetkoming betrekking had bij een periodieke tegemoetkoming.4.De tegemoetkoming wordt vastgesteld en betaald binnen 8 weken na het ontvangen van de verantwoording.5.Het college kan besluiten een voorschot te verlenen op de tegemoetkoming.6.Als de werkelijke kosten lager zijn dan de aanvraag, wordt de tegemoetkoming op basis van de werkelijke kosten lager vastgesteld. Artikel 11. Waardering mantelzorgersDe jaarlijkse blijk van waardering voor mantelzorgers van cliënten in de gemeente bestaat uit een lokale mantelzorgdag en een attentie welke jaarlijks door het college vastgesteld wordt.Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel 1.De Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2016 treden in werking op de dag na bekendmaking.2.Deze Nadere regels worden bekend gemaakt als Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2016. 3.De Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Waddinxveen 2015 worden ingetrokken.Aldus vastgesteld door het college van de gemeente Waddinxveen in de vergadering van 25 oktober 2016

De volledige aanvraag is hier te lezen op de site van de overheid.

Ben je het niet eens met een verleende bouwvergunning van bijvoorbeeld je buren, dan kan je hiertegen bezwaar indienen. Neem hiervoor contact op met de relevante instantie.

Bekijk nog meer bekendmakingen

Wil je meer vergunningaanvragen bekijken. We hebben een overzicht met alle bekendmakingen in Waddinxveen. Bekijk alle Bekendmakingen waddinxveen in .

https://waddinxveenkrant.nl/bekendmakingen-waddinxveen/

Deel dit bericht:

Redactie Waddinxveenkrant

Welkom op de bekendmakingen pagina van de Waddinxveenkrant. Op deze pagina vind je alle bekendmakingen in ons mooie Waddinxveen.

Gerelateerde berichten